Vreugdevuren: immaterieel erfgoed, concrete ellende

04-01-2019

Hoeveel items ik ook zie over het vreugdevuurdrama in Scheveningen, ze lijken om de hete brij heen te draaien. Was hier sprake van anarchisme? Of moet je het aansteken van die veel te volumineuze brandstapel juist als verstandig stadsbestuur zien, omdat anders de vlam elders in de pan was geslagen? Oftewel: wie trekt aan de touwtjes op 31 december in Den Haag? Het is in de interviews net of ergens een onzichtbare hoofdrolspeler rondwaart, die door niemand wordt genoemd.

De Haagse burgemeester Krikke klonk in ieder geval weinig resoluut, toen ze voor de NOS-microfoon zei: "Ik denk dan ook dat de vraag op tafel moet komen of vuurstapels op deze wijze verantwoord kunnen doorgaan volgend jaar". Het enige logische antwoord kon toch alleen maar een hartgrondig nee zijn? De beelden van die verbrande fietsen, kapotte auto's en zwartgeblakerde wegdelen, de interviews met buurtbewoners die doodsangsten hebben uitgestaan: dit mag toch nooit meer gebeuren? Zeker niet als de achterliggende reden is om een stelletje tuig van de straat te houden en de Nieuwjaarsnacht juist veiliger te maken.

Via Omroep West werd een en ander wat genuanceerder gepresenteerd. Een van de organisatoren van het Scheveningse vreugdevuur, een dof ogende Dennis Rog, stond woensdag voor de camera en wil eerst iets positiefs kwijt: dat het bouwen weer een geweldig feest was geweest, dat hij veel lol heeft gehad tijdens het stapelen. Natuurlijk vond ook hij dat het evenement 'gigantisch beperkt moet gaan worden' opdat het nooit meer zo desastreus eindigt. Maar Rog pleitte voor het blijven van de traditie, vanwege de saamhorigheid en zeker ook voor de jeugdactiviteiten eromheen. "Ik heb zo veel blije gezichten van kinderen gezien, dat willen we ze niet afnemen." En vuur hoort er nu eenmaal bij, kan het niet op het strand, dan wordt het weer vuurtje stoken in de wijken, waarschuwde Rog. "Want dat zit toch in ons hart."

Je zou er bijna van gaan wenen. Maar Rogs verhaal over dat hij echt niet weet hoe hoog de stapel uiteindelijk is geworden, klonk weer totaal ongeloofwaardig. Ja, nee, op een gegeven moment was de toren 33,1 meter, maar daarna had Rog zijn duimstok niet meer gebruikt. Waarom niet? De weinig doortastende interviewer vroeg niet door, terwijl toch alom bekend is dat er een verhitte competitie wordt gevoerd tussen Scheveningen en Duindorp, wie de grootste brandstapel maakt.

Op de site van het Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed krijgen de Haagse vreugdevuren nog een mooie pagina. Benieuwd of die binnenkort ook wordt verplaatst naar de afdeling 'controversieel cultureel erfgoed', zoals met Zwarte Piet is gebeurd.

Het fenomeen strandjutten komt op deze site over immaterieel erfgoed trouwens helemaal niet voor. Terwijl je deze week geregeld hoort over dat 'het juttersbloed weer kookt'. Deze traditie zit blijkbaar ook in ons DNA.

Eerst leek ook dit mooie televisie. De zee braakt ladingen natte zooi uit en hup daar komen de gelukszoekers. Gratis spullen! Lachen. Maar nog sneuer dan zo'n glunderende man met een verzopen toilettasje, zijn de beelden van die totaal vervuilde stranden en zee.

Onze kustgebieden krijgen er flink van langs, deze eerste week.

 <<<zwelgavond                                             oudejaarsconference>>>