Dat rugby de weg van het vrouwenvoetbal mag gaan
Zouden we een ander, stoerder volk zijn, wanneer niet voetbal maar rugby de belangrijkste nationale sport was? Vrijdag ging in Frankrijk het wereldkampioenschap 2023 van start - waarvoor ons land zich helaas niet wist te plaatsen - en het openingsduel tussen Frankrijk en Nieuw-Zeeland liet er geen twijfel over bestaan: rugby is de kijksport bij uitstek. Wat een oerstrijd, wat een zweet, wat een dijen!
Vergeleken met rugbyers zijn onze voetballers maar fragiele dansmariekes. Zelfs de ooit zo bonkige aanvaller Wout Weghorst heeft zijn haartjes nu hipperdepip geverfd en geknipt, zag ik zondag bij de EK-kwalificatiewedstrijd Ierland-Nederland. Nee, dan die rugbymannen met hun kapotte oren, stierennekken en gebitsbeschermers: hun aantrekkingskracht zit in andere zaken. Zoals in hoe ze elkaar keihard bij de lurven pakken en tegen de grond werken, terwijl er geen onvertogen woord valt. Gentlemen. Al was het tussen de heren uit Wales en Fiji wel op het randje dit weekend: ze rugbyden op leven en dood. De Fijiërs kwamen steeds nét iets tekort, een belangrijke try (het stevig op de grond drukken van de bal achter de doellijn) werd afgekeurd en je zag de contacten ruwer en gefrustreerder worden.
Als je kón kijken. Want om al dit fraais in ons land live te kunnen zien moet je klant zijn bij Ziggo. Of je aanmelden bij bijvoorbeeld France.tv of het Britse ITV, liegen over je postcode en via een VPN-verbinding kijken. Omslachtig en jammer, rugby is bij ons maar een kleine sport, maar het voelt als een kip-en-ei situatie: wanneer iedereen probleemloos kon kijken naar rugby en de simpele regels zou ontdekken, dan weet ik zeker dat veel meer mensen fan zouden worden.
Zoals ook het vrouwenvoetbal door de royale aandacht op tv sinds 2017, vóór de publieke opinie uit, vanzelf populairder werd.
Kijken doet bezwijken, zoiets.
En rugby grossiert in mooie aspecten, zoals dat je als gewone speler niet hebt te praten met de scheidsrechter of je riskeert tien minuten naar de zijlijn te worden verbannen. De scheids kan zelfs een penalty van het ene team voor straf gunnen aan het andere team, wanneer spelers niet respectvol zijn. De autoriteit van de leiding staat letterlijk buiten kijf. Ik moest dan ook gniffelen om het essay dat recentelijk in Trouw stond, waarin rugbyfan Rien Fraanje uiterst prikkelend stelde dat voetbal staat voor alles dat fout is in ons land, en rugby de redding is: "Voetbal draagt uit waaraan we in deze samenleving lijden: narcisme, prestatiegerichtheid, overmatige assertiviteit en problemen met autoriteit. Rugby staat voor de waarden waaraan we zo sterk behoefte hebben: integriteit, gemeenschapszin, discipline en zelfbeheersing."
Lekker radicaal ja. Maar dat hoort soms als je een punt wilt maken. Of zoals ik ooit leerde: 'Nuance, dat is een dorp in Frankrijk'.
Ik vroeg me wel af waarom de spelers dit WK geen hoofdbeschermers dragen. En las dat ze wel een dun dingetje mogen dragen dat helpt om bijvoorbeeld een al half afgescheurd oor te beschermen. Maar geen dikke helmen: die nemen het risico op hersenschuddingen toch niet weg, terwijl het schijnveilige gevoel wellicht uitnodigt om er nog harder in te gaan. En inderdaad, de sport is al fysiek genoeg. Heerlijk!